Voor u gelezen

Over mens en maatschappij

Archive for the ‘Gezondheid en welzijn’ Category

Ingelepeld

with 2 comments

SPECTOR, T., Ingelepeld. Waarom maar weinig klopt van wat ons over voeding is verteld. A’dam, Uitg. Nieuwezijds, 2021, 302 pp. – ISBN 978 90 5712 543 0

Niet meer eten voor je gaat slapen. Zwangere vrouwen moeten eten voor twee. Groenten uit blik zijn ongezonder dan verse. Van koolhydraatarm eten word je slank. 

De adviezen vliegen ons om de oren, maar we worden er niet gezonder op. Integendeel, wereldwijd ziet men een enorme toename aan chronische ziekten gerelateerd aan voeding en leefstijlen. Die onzekerheid is gesneden brood voor voedings- en dieetgoeroes die om de haverklap een nieuw beloftevol dieet lanceren en er een dik belegde boterham aan verdienen.  Wat is er werkelijk waar van al die beweringen over eten en voeding?

Tim Spector is arts en wetenschapper aan King’s college in Londen. Sedert meer dan tien jaar verdiept hij zich intensief in de voedingswetenschap. Als rechtgeaard scepticus ontmaskert hij genadeloos en met glans de machinaties en de gebakken lucht van de voedingsindustrie en de dieetgoeroes. En dit gebeurt op basis van de meest recente onafhankelijke wetenschappelijke inzichten van de voedingswetenschap, een vrij nieuw vakgebied dat zich de laatste jaren snel ontwikkelt. Onder invloed van de bevindingen is hij zelf van mening veranderd over de meeste algemeen aanvaarde opvattingen over voeding. 

Gedegen onderzoek wijst uit dat  er niet zoiets bestaat als één goede manier van eten die voor iedereen werkt.  Anders dan de goeroes beweren zijn er dus geen eenvoudige, zwart-wit oplossingen. Calorieën tellen heeft geen zin, want iedere persoon is anders.  Het is al moeilijk genoeg om in te schatten hoeveel calorieën iemand nodig heeft om zijn lichaam efficiënt te laten functioneren.  Voedingsmiddelen met dezelfde calorische waarde kunnen bovendien heel uiteenlopende effecten hebben op de stofwisseling.

Drie obstakels staan een betere kennis over voedsel en voeding in de weg: slechte wetenschap, verkeerde interpretatie van onderzoeksresultaten en de voedingsindustrie. De laatste heeft een grote schadelijke invloed en enorme macht over de consument. Veel van de mythes over voeding zijn aangewakkerd door de voedingsindustrie en -producenten van voedingssupplementen. Deze misleiden de consument op alle mogelijke manieren om hun waren te verkopen.

Dat talloze adviezen en voorzorgsmaatregelen onvoldoende wetenschappelijk onderbouwd zijn hoeft niet te verbazen. Voedingsproducenten zijn belangrijke sponsors van wetenschappelijk onderzoek. De resultaten daarvan passen dan ook perfect  in het kraam van de voedingsindustrie. Al even erg is dat overheden deze resultaten kritiekloos omzetten in adviezen aan de bevolking. Sommige daarvan zijn potentieel gevaarlijker dan wat ze verketteren. 

Op grond van zuiver wetenschappelijk onderzoek ontkracht Tim Spector liefst 24 mythes over voeding en leefstijl. Anders dan de overheid en volksgezondheidsinstanties beweren, hebben gezonde mensen geen voedingssupplementen nodig als ze gevarieerd en vers eten en voldoende zonlicht opvangen. U zult niet afvallen als u suikervrije dranken en voeding gebruikt. Blikvoedsel is niet per definitie ongezond of slechter dan vers. Het idee van 10.000 stappen per dag is onzin (zie ook Scientias).

U verneemt waarom de auteur zijn smeermargarine in de vuilnisbak heeft gegooid en vervangen door de goede oude boter.  Hij legt uit waarom vlees op zich niet slecht is voor de gezondheid en in kleine hoeveelheden zelfs gezond en waarom vis niet altijd een gezonder alternatief is. Hij maakt duidelijk waarom je geen twee liter water per dag moet drinken uit flessen. En misschien zult u opgelucht zijn te vernemen dat koffie drinken helemaal niet zo slecht is. 

Het advies van Spector? Laat u niet leiden door wat er gezegd wordt. Eet gevarieerd, hoofdzakelijk plantaardig en indien mogelijk zonder toegevoegde chemische stoffen. U leert wanneer er een belletje moet gaan rinkelen met een aantal interessante tips om misleidende boodschappen te doorzien. En tot slot krijgt u een handig lijstje met uitgangspunten voor een gezonde en gevarieerde voeding.

Zoekt u een betrouwbaar boek over voeding en leefstijl? Dan is Ingelepeld een prima keuze. De inhoud is wetenschappelijk grondig gefundeerd. De korte hoofdstukken zijn bovendien zeer vlot te lezen en kunnen afzonderlijk geraadpleegd worden zoals in een naslagwerk. Een echte aanwinst!

© Minervaria

Written by minervaria

28 maart 2022 at 11:27

Geplaatst in Gezondheid en welzijn

Tagged with

De microben in ons

leave a comment »

YONG, E., De microben in ons. (Vert. I Contain Multitudes. The Microbes Within Us and a Grander View of Life, 2016) A’dam, AUP/Uitg. Manteau, 2017, 394 pp. – ISBN 978 90 2233 393 8

Handen wassen, microben opkrassen!

U hebt het ongetwijfeld ook al opgemerkt in de toiletten van een eet- of drinkgelegenheid. Maar bent u werkelijk microbenvrij na een rondje handen wassen? En zo niet, hoe erg is dit dan?

Recent onderzoek toont aan dat het toetsenbord van mijn computer tot 400 keer meer bacteriën bevat dan de toiletbril. En met de computermuis is het niet veel beter gesteld. Zou ik dan niet beter na ieder gebruik van de computer ook de handen wassen? En wat als ik mijn handen bij de mond breng als ik aan het nadenken ben?

Microben of bacteriën doen ons spontaan denken aan ziekte en dood. Niets is minder waar, zegt Ed Yong. De meeste microben maken niet ziek, maar zijn zelfs nuttig en vaak levensnoodzakelijk. Micro-organismen zijn essentiële bestanddelen van de wereld. Ze zijn alomtegenwoordig en onmisbaar. En dat toont hij met verve aan in dit meeslepende boek.

Elk levend wezen herbergt een krioelende massa microben of micro-organismen. Ieder van ons is een dierentuin op zich. Mensen bevatten ongeveer evenveel menselijke cellen als micro-organismen. Deze microscopische menagerie bevindt zich zowel aan de buitenkant als in ons lichaam en wordt ons microbioom genoemd.

Zonder micro-organismen zouden wij niet eens bestaan. Het complexe leven op aarde is slechts mogelijk dank zij miljoenen jaren oude interacties tussen micro-organismen onderling. Levende wezens hebben hun mogelijkheden te danken aan het samenleven met micro-organismen. Het lot van hele soorten en groepen hangt af van hun partnerschappen met microben. Sommige soorten bestaan zelfs slechts bij de gratie van bacteriën met wie ze in symbiose leven.

Er zijn talloze voorbeelden van de symbiose tussen bacteriën en dieren. Die wemelende verzameling van duizenden soorten die voortdurend met elkaar concurreren, met hun gastheer onderhandelen, zich ontwikkelen en veranderen, vormt een ingewikkeld en gevarieerd ecosysteem. Zo slikt de gemiddelde mens met iedere gram voedsel ongeveer een miljoen micro-organismen in, die op hun beurt in interactie gaan met de darmflora.

Van de miljoenen microben is slechts een minderheid potentieel schadelijk. En als bacteriën levensbedreigende infecties veroorzaken, dan komt dat vaak omdat het normale microbioom verstoord is geraakt. Een rijk, florerend microbioom is de basis voor een goed werkend immuunsysteem en daardoor een efficiënte barrière voor ziekmakende bacteriën. Men heeft bijvoorbeeld ontdekt dat sommige koraalriffen afsterven omdat hun microbioom uit balans is.

Een nieuwe kijk op ziekte en gezondheid dringt zich dus op. Ziekte is een verstoring van een ecosysteem en dus een ecologisch probleem. En met onze moderne voedingsgewoontes en het gebruik van antibiotica belagen we dat ecosysteem. Ook onze obsessie met hygiëne werkt averechts. Steriliteit is een vloek, want door onschadelijke organismen buiten spel te zetten geven we juist meer ruimte aan schadelijke micro-organismen.

Die inzichten stellen ons in staat om ziektes op een andere manier te bestrijden dan we gewend zijn. De kennis en technieken staan nog in de kinderschoenen. Maar ze bieden veelbelovende perspectieven en openen de weg naar de gepersonaliseerde geneeskunde van de toekomst. Zo maakt men er nu al gebruik van bij fecale transplantatie en voor het bestrijden van malaria.

In De microben in ons valt uiteraard nog heel wat meer te leren over het ongemeen boeiende universum van de micro-organismen op aarde. Met aanstekelijk enthousiasme leidt wetenschapsschrijver Ed Yong u door de fascinerende, onzichtbare wereld die ons bestaan regelt. Hij slaagt er bovendien met glans in om een hoog wetenschappelijk gehalte te combineren met een vlotte pen, zodat ook de niet-ingewijde het betoog vrij gemakkelijk kan volgen.

Het is bijna onbegrijpelijk dat dit boek uit 2017 hier nauwelijks bekendheid kreeg. Ik heb het toevallig in handen gekregen, maar het was meteen een voltreffer! En ik ben helemaal anders gaan kijken naar de wonderlijke wereld van microben.

© Minervaria

Written by minervaria

22 november 2018 at 18:05

Foute farma

with 3 comments

GoldacreB13GOLDACRE, B, Foute farma. (Vert. Bad Pharma. How drug companies mislead doctors and harm patients, 2012) Breda, Uitg. De Geus, 2013, 507 pp. – ISBN 978 90445 2920 3

We stellen ons graag voor dat de moderne geneeskunde gebaseerd is op betrouwbare wetenschap en op de uitslagen van goed uitgevoerde tests. Goede geneeskunde is immers afhankelijk van deugdelijke behandelingsmethoden. De werkelijkheid ziet er echter alarmerend minder rooskleurig uit. De farmaceutische industrie verspreidt vertekend bewijsmateriaal over de geneesmiddelen die zij produceert.

Hoe krijgen de farmaceutische bedrijven dit voor elkaar? En hoe kan deze scheve toestand rechtgezet worden? Ben Goldacre, arts en gedreven voorvechter van evidence based medicine, doorspitte een torenhoge stapel kwalitatief hoogstaand bewijsmateriaal. Zijn aanklacht tegen de farmaceutische industrie is een hallucinant verhaal over machinaties en doofpotoperaties. Deze  onaanvaardbare toestand brengt patiënten onnodig in gevaar en kost fortuinen aan de gezondheidszorg.

Onderzoek naar medicijnen wordt voor een aanzienlijk deel door de farmaceutische industrie gefinancierd. Met de testresultaten wordt regelrecht bedrog gepleegd. Ze worden met behulp van slimme trucs verbloemd in het voordeel van het eigen medicijn. De heilzame effecten van behandelingen worden overdreven, ongunstige resultaten gebagatelliseerd of verdonkeremaand. Veel medicijnen worden zodoende goedgekeurd op basis van weinig overtuigend bewijsmateriaal.

Het is een heksentoer om aan juiste informatie te komen over de werking en bijwerkingen van een geneesmiddel, zegt Goldacre. Artsen en patiënten weten dan ook niet of medicijnen wel de positieve effecten hebben die ze beloven. Onrustbarender is dat daarmee ook de echte risico’s onder de radar blijven. De wetenschappelijke tijdschriften waarop artsen vertrouwen doen bovendien vaak kritiekloos mee met de desinformatie. Zodoende hebben artsen vaak geen idee welke behandeling de beste is voor een aandoening.

Ook de overheidsinstanties die ons horen te beschermen laten het afweten. Ze slagen er om diverse redenen niet in om behoorlijk toezicht te houden. Vergunningen om een geneesmiddel op de markt te brengen zijn ontoereikend. Farmaceutische bedrijven hoeven alleen maar te bewijzen dat een medicijn beter is dan niets. Ze moeten ook niet correct over de bijwerkingen rapporteren. En er bestaat een forse belangenverstrengeling tussen de overheid en de farmaceutische industrie.

Farmaceutische bedrijven geven bovendien ettelijke miljarden per jaar uit om hun medicijnen te venten aan artsen en patiënten. Een kwart van de inkomsten van de farmaceutische industrie gaat naar marketing. Ze organiseren bijscholingen, geven cadeautjes en proberen patiëntenverenigingen te infiltreren en te sponsoren. Artsen worden door vertegenwoordigers bezocht en ghostwriters schrijven wetenschappelijke artikelen voor wetenschappers. Dat werkt belangenverstrengeling in de hand en drijft de prijzen kunstmatig omhoog.

Verregaande transparantie en duidelijke reguleringen zijn volgens Ben Goldacre de enige manier om aan deze misstanden te verhelpen. Daartoe geeft hij op het eind van ieder hoofdstuk een aantal suggesties. Zo pleit hij er onder andere voor om artsen alle uitbetalingen, geschenken, ontvangsten en gratis onderwijs bekend te laten maken aan patiënten en collega’s. Het is maar de vraag of dergelijke radicale voorstellen een kans maken.

De auteur heeft zich grondig gedocumenteerd. Hij doet geen vage beweringen en hij wijst de schuldigen met naam aan. Als echte wetenschapper gaat hij er echter niet van uit dat hij de waarheid in pacht heeft. Hij vraagt zelf naar kritiek en aanvulling en verklaart zich regelmatig bereid om zijn beweringen bij te stellen indien nodig.

Net als Wetenschap of kwakzalverij is dit boek geschreven op maat van de lezer. De tekst is vlot leesbaar, er worden geen moeilijke medische termen gebruikt en men hoeft niet alles te lezen om de gedachtegang te kunnen volgen. Alle gebruikte termen en afkortingen worden achteraan uitgelegd in een verklarende woordenlijst.

Dit werk is geschreven vanuit oprechte verontwaardiging. Het is immers onaanvaardbaar dat medisch onderzoek mensen onnodig aan risico’s blootstelt. Anders dan in het vorige boek zijn humor en spitsvondigheid hier ver te zoeken. Yvan Wolffers heeft gelijk. Wie Foute farma las zal inderdaad niet meer zomaar pillen slikken.

© Minervaria

Addendum:

Voor het beteugelen van het exuberante gebruik van antibiotica in de veeteelt werkt transparantie alvast: Bayer stopt promo-actie voor gevaarlijke antibiotica voor vee .

Written by minervaria

14 juli 2015 at 12:45

Het einde van de antibiotica

with 2 comments

vandenBrinkR13van den BRINK, R., Het einde van de antibiotica. Hoe bacteriën het winnen van een wondermiddel. Breda, Uitg. De Geus BV, 2013, 412 pp. – ISBN 978 90 445 2348 5

Antibiotica zijn onmisbaar voor de moderne geneeskunde. Voorheen dodelijke infectieziekten, zoals tuberculose, longontsteking en cholera, zijn nu redelijk goed te bestrijden. Zonder antibiotica zouden moeilijke en ingewikkelde operaties geen kans op slagen hebben en te vroeg geboren kinderen zouden bezwijken aan onschuldige infecties.

Aan die geruststellende situatie dreigt in de nabije toekomst echter een einde te komen. Bacteriën ontwikkelen weerstand en steeds meer ziekteverwekkers zijn met de bestaande antibiotica niet kapot te krijgen. Die multiresistente bacteriën zijn de nachtmerrie van iedere zorginstelling. Lastig te behandelen patiënten moeten geïsoleerd verpleegd worden, er gelden extra strenge hygiënevoorschriften voor artsen en verpleegkundigen, en afdelingen moeten tijdelijk gesloten en grondig gereinigd worden. Een superbacterie waartegen de antibiotica niet meer op kunnen, jaagt de maatschappij op enorm hoge menselijke en economische kosten. Rinke van den Brink, journalist bij de NOS, onderzoekt hoe het zover is kunnen komen en wat de gevolgen zijn.

Resistentie van bacteriën tegen dodelijke stoffen is een natuurlijk fenomeen en veel ouder dan de mensheid. Bacteriën muteren om te overleven waardoor ze hun belagers te snel af zijn. Voor dit natuurlijke proces had Alexander Fleming, de ontdekker van penicilline, al gewaarschuwd. Antibiotica dienen schaars toegediend te worden en hand in hand te gaan met hygiënische maatregelen: waterleiding en riolering. Dat de antibioticaresistentie zulke onrustwekkende proporties kon krijgen is het gevolg van de wijze waarop er in de hele wereld met antibiotica omgesprongen wordt.

In ontwikkelingslanden hebben meer dan een miljoen mensen geen toegang tot schoon water en meer dan dubbel zoveel mensen hebben geen toilet. Antibiotica zijn er relatief goedkoop en worden lukraak gebruikt om ziektes bij mens en dier te bestrijden. In de welvarende landen worden antibiotica veel te laks gebruikt, zowel in de menselijke geneeskunde als in de intensieve veeteelt. En de open grenzen met het internationaal reisverkeer en het toerisme maken het onmogelijk om verspreiding van antibioticaresistentie tegen te gaan.

De toekomst ziet er donker uit. In het post-antibioticatijdperk zouden mensen weer kunnen sterven aan keelontstekingen en urineweginfecties. En het ziet er niet naar uit dat het probleem op korte termijn opgelost kan worden. Nieuwe antibiotica zouden deze evolutie kunnen tegengaan, maar voorlopig zitten die niet in de pijplijn. Verantwoord antibioticagebruik is een prachtig streven maar een oplossing voor de lange termijn. Toch moet er dringend werk van gemaakt worden. Zonder antibiotica gaan we immers terug naar middeleeuwse toestanden.

Het einde van de antibiotica is de neerslag van diepgaand en uitgebreid journalistiek onderzoek naar de oorzaken en gevolgen van onverantwoord antibioticagebruik. Van den Brink evalueert omstandig hoe er binnen verschillende ziekenhuizen met uitbraken van resistente bacteriën omgegaan werd. Hij doet verslag van talloze gesprekken met deskundigen en verantwoordelijken. Zo maakt hij duidelijk hoe ingewikkeld het probleem is en hoeveel verschillende en vaak tegenstrijdige belangen ermee gemoeid zijn.

Dit boek richt zich voornamelijk op de Nederlandse situatie. Daardoor zal het Vlamingen wellicht minder aanspreken. Dit is jammer, want dit werk inspireert tot een meer verantwoorde houding tegenover het gebruik van antibiotica.

© Minervaria

Written by minervaria

15 juli 2014 at 13:16

Geplaatst in Gezondheid en welzijn

Tagged with

Gezond

leave a comment »

WolffersI11WOLFFERS, I., Gezond. De mens, zijn gezondheid en de gezondheidszorg. A’dam, Uitg. Nieuw Amsterdam, 2011, 432 pp – ISBN 978 90 468 0976 1

Op de gezondheid! Als we maar gezond zijn! Bij nagenoeg iedere viering wordt er op gezondheid en welzijn geklonken. Gezondheid wordt in onze samenleving blijkbaar beschouwd als topprioriteit. De voedingsnijverheid noemt haar producten bij voorkeur gezond, de fitnesssector houdt u gezond dank zij uitgekiende bewegingsprogramma’s. En in de alternatieve scene raakt u de weg kwijt tussen de supplementen, kristallen en armbanden die u een gezond leven beloven. Maar wat is gezond?

In Gezond exploreert Ivan Wolffers, de man achter het standaardwerk Medicijnen, hoe wij omgaan met gezondheid en ziekte en hoe onze gezondheidszorg geworden is tot wat zij nu is. Gezondheid blijkt verre van een eenduidig begrip. We spreken over een gezonde sfeer in een gezin of op school. Er is gezonde en ongezonde ontspanning. En het beleid dient te streven naar een gezonde economie en een gezonde politiek. Gezondheid lijkt wel een ideologie geworden. Met zulke hoge idealen moet de gezondheidszorg wel tekortschieten.

Ook als we ons beperken tot de gezondheidszorg wordt duidelijk dat gezondheid een ontzettend complex fenomeen is. Onze visie op gezondheid wordt bepaald door sociale en culturele factoren. Wat iemand gezond noemt is bovendien persoonlijk en hangt nauw samen met hoe men zichzelf ziet. Om mensen te helpen en te ondersteunen dient de gezondheidszorg aan te sluiten op hun persoonlijke verhaal.

Ondanks de spectaculaire vooruitgang van de medische wetenschap en de stijgende levensverwachting worden we steeds ongezonder. Het wordt steeds duidelijker dat we onze gezondheid de vernieling inrijden door de manier waarop we ons huidige leven inrichten. Ingrijpende veranderingen in onze voedings- en samenlevingsgewoonten ondermijnen de balans in ons lichaam en bezorgen ons nieuwe ziekten.

In onze overvloedmaatschappij is de gezondheidszorg bovendien zelf gaan lijden aan een aantal ziektes. Als gevolg van de vermarkting van de gezondheidszorg verdringen efficiëntie en kostenbesparing de prioriteiten van de gebruiker. De toenemende nadruk op de risico’s die gezonde mensen lopen lokt een spiraal uit van angst en voortdurende bezorgdheid dat er iets kan gebeuren. Die spanning legt echter een zware claim op de kwaliteit van het leven en kan mensen juist ziek maken.

Een belangrijke tekortkoming van de moderne westerse geneeskunde is wel dat men te weinig oor heeft voor het verhaal van de gebruiker. Die heeft vaak geen boodschap aan de heersende wetenschappelijke benadering en zoekt erkenning en herkenning in allerhande pseudowetenschappelijke zorg. Als we een duurzame en efficiënte gezondheidszorg willen ontwikkelen die toegankelijk is voor iedereen, zal de zorg veel meer moeten berusten op participatie. Ook andere evoluties, zoals het veranderende leefmilieu en de migratie, vragen een geschikte oplossing.

Dit lijvige boek laat zich het best omschrijven als een boeiende ontdekkingstocht door de wereld van gezondheid en gezondheidszorg. Wolffers maakt een scherpe analyse van wat er in de westerse gezondheidszorg goed en fout loopt. De combinatie van een artsenopleiding met een studie medische antropologie stelt hem in staat om de opvattingen over en de inrichting van de gezondheidszorg door een culturele bril te bekijken. Zo wordt duidelijk dat wij heel wat van andere culturen kunnen leren.

Laat u niet afschrikken door de omvang van dit werk. Het is geschreven als een causerie en u bent bij het laatste hoofdstuk voor u er erg in hebt.

© Minervaria

Written by minervaria

22 april 2014 at 20:38

Wilskracht

leave a comment »

BaumeisterRFtTierneyJ12BAUMEISTER, R.F. & J. TIERNEY, Wilskracht. De herontdekking van de grootste kracht van de mens. (Vert. Willpower. Rediscovering the Greatest Human Strenght, 2012) A’dam, Uitg. Nieuwezijds, 2012, 294 pp. – ISBN 978 90 5712 347 4

Slagen in een opleiding, een vaardigheid onder de knie krijgen, je conditie op peil en je gewicht onder controle houden. Zonder wilskracht lukt het niet. De meeste maatschappelijke en persoonlijke problemen – dwangmatig geld uitgeven en lenen, impulsief geweld, slechte schoolprestaties, uitstelgedrag op het werk, alcohol- en drugsmisbruik – draaien om een gebrek aan zelfbeheersing. Wilskracht is een essentiële sleutel tot succes in het leven.

Iedereen onderkent de voordelen van zelfbeheersing maar het lijkt alsof die onder de bevolking juist afneemt. In een easy living society is wilskracht geen populaire deugd. Er zijn meer verleidingen dan ooit tevoren en het is zo gemakkelijk om je geest te laten ontsnappen. Je kunt urenlang surfen op het internet en elke taak voor je uit schuiven door je mail te checken of op sociale media te vertoeven.

Toch toont wetenschappelijk onderzoek aan dat het vergroten van je wilskracht de zekerste manier is om je leven niet alleen productiever en bevredigender te maken, maar ook gemakkelijker en gelukkiger. En het is niet eens aartsmoeilijk. Dit boek reikt haalbare strategieën aan om thuis en op het werk beter te presteren en je gedachten, emoties en impulsen onder controle te houden.

Eerst maken de auteurs duidelijk wat onder wilskracht kan verstaan worden. Uit vindingrijke experimenten blijkt dat zelfbeheersing beroep doet op beschikbare energie. Bij alle opgaven waarvoor wilskracht nodig is, wordt uit die voorraad geput. Hoe meer er gebruikt wordt des te minder er voorradig is. Er moet dus doordacht mee omgesprongen worden. Hoe doe je dat?

Uit het wetenschappelijk onderzoek naar wilskracht valt daarover heel wat te op te steken. In de eerste plaats kom je te weten hoe je je voorraad tijdig kunt aanvullen en op peil houden. Je verneemt hoe je realistische en haalbare doelen kunt stellen en aan welke criteria goede to-dolijstjes beantwoorden. Je wordt gewaarschuwd voor de addertjes onder het gras van ambitieuze goede voornemens. Je leert waarom je wilskracht het begeeft als je shopt tot je erbij neervalt en waarom ze sterker wordt als je je eigen prestaties bijhoudt.

Er valt ook veel te leren van mensen met een buitengewone zelfbeheersing zoals stuntmannen en ontdekkingsreizigers. Zij passen mentale trucjes en strategieën toe die helpen om wilskracht te sparen voor wanneer ze onmisbaar is. Wilskracht heeft immers veel minder te maken met eenmalige heroïsche prestaties dan met het vormen van goede gewoontes en met doelen stellen op lange termijn.

De auteurs nemen ook de rage van zelfwaardering in de opvoeding op de korrel. Die belemmert kinderen juist om deze te ontwikkelen. Het gaat immers net andersom: ze ontwikkelen geen zelfwaardering door buitensporige lof maar door het aanleren van discipline. Ook hiervoor levert het wetenschappelijk onderzoek een aantal waardevolle tips op.

En natuurlijk kan ook de moeder aller uitdagingen niet onbesproken blijven. Het verband tussen afvallen en zelfbeheersing blijkt veel minder eenduidig dan algemeen wordt gedacht. Er bestaan echter enkele eenvoudige methodes waarmee je een efficiënt strijdplan kunt ontwerpen tegen de overtollige kilo’s en om je gewicht in de hand te houden, zonder dieet of stress.

Voor het gemak krijgt u alle zelfbeheersingspraktijken uit het boek in het laatste hoofdstuk nog eens op een rij. Maar alle methodes om weerstand te bieden aan verleidingen en je doelen te bereiken zijn pas effectief als je ze niet uitsluitend gebruikt om crisissen te beheersen. Ze werken alleen goed als je ze aanwendt om te voorkomen dat je in de problemen komt op het kritieke moment.

Roy Baumeister, hoogleraar sociale psychologie, heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar wilskracht en zelfbeheersing. Dit boek presenteert dus wetenschap uit de eerste hand. Het biedt niet alleen een schat aan inzichten en bruikbare tips, maar ook een boeiende inkijk in de keuken van het wetenschappelijk onderzoek. John Tierney, wetenschapsjournalist bij The New York Times, zorgde voor de toegankelijke en vlot leesbare tekst.

© Minervaria

Lees over wilskracht ook De kracht van wilskracht

Written by minervaria

28 februari 2014 at 22:15

Ziek van gezondheid

with one comment

DevischI13DEVISCH, I. (red.), Ziek van gezondheid. Voor elk probleem een pil? A’pen, De Bezige Bij, 2013, 190 pp. – ISBN 978 90 8542 5281

Door preventie en effectieve behandelingen heeft de moderne geneeskunde ons van veel ellendige ziekten bevrijd. De zorg voor gezondheid is in onze samenleving echter doorgeschoten in een gezondheidscultuur. Gezondheid is niet meer de afwezigheid van ziekte maar een ideaal, een maatschappelijk streefdoel. Gezond leven is de norm geworden.

Preventieve screenings, algehele check-ups en MRI Total Body scans moeten voorkomen dat we ziek worden. Gezondheidsconsulenten verleiden ons tot het slikken van vitaminepillen en voedingssupplementen. Bewegingsgoeroes zetten ons aan om de dagelijkse beweging bij te houden met geavanceerde stappentellers. En drukke en ongeconcentreerde kinderen worden gezeglijk met een dagelijks pilletje. Steeds meer aspecten van het leven worden als een medische kwestie gezien.

In deze bundel worden bedenkingen gemaakt bij de plaats van ziekte en gezondheid in onze samenleving. De auteurs verrichtten onderzoek naar medicalisering en de invloed ervan op de verschillende gebieden van onze samenleving. Worden we ziek omdat ons gedrag steeds ongezonder is geworden, of omdat we steeds meer naar gezondheid streven? Indien gezondheidszorg niet alleen problemen bestrijdt maar ze ook genereert, dan is er op zijn minst iets fundamenteel mis met de manier waarop we met ziekte en gezondheid omgaan.

Psychiater Paul Verhaeghe licht toe hoe men in de psychiatrische hulpverlening overtuigd raakte dat de overgrote meerderheid van psychische problemen niets anders is dan neurobiologische stoornissen. Die kunnen bijgevolg het beste met medicatie behandeld worden. Deze aanname berust echter op hardnekkige misverstanden. Bovendien krijgen die behandelingen een onrustwekkend moreel karakter. Ze moeten het gedrag van mensen en kinderen in het bijzonder disciplineren.

Ine Van Hoyweghen, professor in de sociologie van de biogeneeskunde aan de KULeuven, maakt duidelijk hoe de voorspellende geneeskunde ons anders heeft doen kijken naar gezondheidsrisico’s. Verzekeraars maken steeds meer gebruik van medische vragenlijsten om de verzekerbaarheid van mensen in te schatten. Men moet zich ervan bewust zijn dat dit het solidariteitsbeginsel ondergraaft en de deur open zet voor uitsluiting.

Ook de dood ontsnapt niet aan de medische bemoeienis, aldus Donald van Tol, verbonden aan verschillende opleidingen. Vanaf het midden van de vorige eeuw werden stervende mensen steeds vaker afgevoerd naar het ziekenhuis waar ze nog allerlei medische ingrepen ondergingen. Medische hardnekkigheid houdt ook nu nog mensen op hoge leeftijd kunstmatig in leven. In Nederland werd de dood niettemin steeds beter bespreekbaar. In de euthanasiewet die hieruit resulteerde moest zelfbeschikking het onderspit delven tegen het laatste woord van de artsen.

Ignaas Devisch, professor in de ethiek, filosofie en medische filosofie aan de Universiteit Gent, buigt zich over de kern van de discussie. Waarom nemen mensen medicijnen die ze niet nodig hebben of ondergaan ze onnodige screenings? Waarom worden alsmaar meer aspecten van het leven als ziekte, stoornis of syndroom benoemd en worden er medicijnen genomen om dit alles te bestrijden? In onze samenleving heeft individuele verantwoordelijkheid op nagenoeg alle gebieden de plaats ingenomen van geluk of pech. Het individu geraakt verstrengeld in een spiraalbeweging van toenemende sociale druk en als er iets mis loopt in het leven krijgt men de volle verantwoordelijkheid op zijn bord.

Psychoanalytica Ariane Bazan luidt de alarmbel over de gevolgen van het medische model voor de geestelijke gezondheidszorg. In toenemende mate wordt aan steeds jongere kinderen zware psychotrope medicatie voorgeschreven. De nefaste gevolgen en buitensporige risico’s van overdiagnose, mode-epidemieën en overmedicatie worden schromelijk onderschat. Men gaat voorbij aan de essentiële zinsvragen die met psychisch lijden gepaard gaan en aan de betekenis van psychische klachten, met inbegrip van gedragsstoornissen. Deze evolutie is een ware ramp voor de geestelijke volksgezondheid.

De epiloog is van de hand van Laura Batstra, psychologe en verbonden aan de Afdeling Pedagogiek en Onderwijskunde aan de Universiteit Groningen. Ze biedt een heldere samenvatting van de bijdragen en hun conclusies. De medicalisering van het dagelijkse leven grijpt verontrustend snel om zich heen. Aandacht voor de processen, gevaren en mogelijke oplossingen rondom medicalisering kan misschien voorkomen dat we allemaal collectief ziek worden van ons streven naar ‘beter dan goed’.

Daar hebben de auteurs een waardevolle bijdrage toe geleverd. Heel zeker betrachtten ze hiermee geen volledigheid. Toch had een bijdrage over de economische aspecten niet misstaan. De verkoop van pillen, toestellen, kuren en boeken die u in tiptop conditie moeten brengen en houden, swingt de pan uit. Er valt veel poen te rapen met de gezondheidscultuur die onze maatschappij in de houdgreep heeft. En het is maar de vraag wie daarmee gebaat is.

Om deze bundel kunnen gezondheidswerkers en –verantwoordelijken niet heen. Alhoewel niet alle bijdragen even toegankelijk geschreven zijn, zullen ze ook de gewone gebruiker van de gezondheidszorg zeker aanspreken.

© Minervaria

Written by minervaria

5 december 2013 at 12:02

Bestaansleegte

with 2 comments

deHeijM13De HEIJ, M., Bestaansleegte. Hoe hechting leegte overwint. Delft, Uitg. Eburon, 2013, 193 pp. – ISBN 97890 5972 795 3

Ingrijpende persoonlijke ervaringen met zware psychische problemen hebben Monique de Heij op een eigen manier doen kijken naar psychische stoornissen. Ze spreekt liever over psychische verstoring, een ontregeling van de psyche. Mensen in ernstige psychische nood leveren een zware en dikwijls eenzame strijd met bestaansangst. Daaraan wordt in de psychiatrie en psychotherapie vaak te weinig aandacht gegeven.

In dit boek koppelt de auteur haar eigen ervaringen aan belangrijke inzichten in de ontwikkeling van kinderen. Ze exploreert de verschillende voorwaarden die een kind in staat stellen om zijn bestaan ten diepste zin te geven en wel en wee in het leven het hoofd te bieden. Angst en bestaansleegte zijn in een mensenleven altijd aanwezig. Maar de mate waarin iemand die kan verdragen hangt af van het basisvertrouwen in zichzelf.

Psychische nood ontstaat wanneer iemand als kind te weinig zorg, empathie en verbinding heeft kunnen ervaren. Dan ontbeert het kind veiligheid en vertrouwen en moet het zijn toevlucht nemen tot overlevingsstrategieën. Een veilige hechting, door aansluiting op wat het kind nodig heeft, geeft het daarentegen het gevoel dat het kan en mag bestaan. Dit legt de basis voor vertrouwen en zelfrespect.

De auteur onderscheidt vier aansluitingsvormen die een kind toelaten om een positief zelfbeeld en een identiteit te vormen. Vervolgens onderneemt ze een poging om bewustzijn te definiëren en de ontwikkeling van zelfbewustzijn te vatten. Ze legt verband tussen hechting en loyaliteit. De loyaliteit van een onveilig gehecht kind kan beschouwd worden als een overlevingsstijl. De symptomen zoals in de DSM beschreven zijn in feite verdedigingspatronen, die vertellen hoe een kind overleefd heeft in een onveilige situatie.

Tenslotte verdiept de auteur zich in de betekenis van bestaansleegte, een toestand die vaak niet begrepen wordt. In de bestaansleegte raakt iemand het contact met de buitenwereld en zichzelf kwijt. De eenzaamheid van die toestand wordt veelal niet begrepen en dit maakt de mens nog kwetsbaarder dan hij al is. Dan juist is het cruciaal dat de kindpositie van de hulpvrager zich tijdelijk mag hechten aan de helper of therapeut.

In tegenstelling tot wat Monique de Heij beweert zijn er waarschijnlijk heel wat psychotherapeuten die dit zullen bevestigen. Haar beeld van psychische hulpverlening als oppervlakkig en ongevoelig lijkt mij toch erg ongenuanceerd. Heel zeker staat men vaak machteloos tegenover ondoorgrondelijk psychisch lijden. Dan is het wel erg jammer dat zij de lezer zelf in het ongewisse laat over de wijze waarop zij die veilige hechting in haar eigen psycho-integratieve benadering toepast.

Geregeld benadrukt zij immers hoe belangrijk het is om aan te sluiten op de behoeften van een kind, en, in het geval van een mens in psychische nood, op de kindpositie in de volwassene. Het belang van een veilige hechting voor de ontwikkeling en het psychisch welzijn van mensen kan inderdaad moeilijk onderschat worden. Om dat aan te tonen bewandelt zij echter een onnodig ingewikkeld traject met vage esoterische constructies zoals de Oerleegte en transpersoonlijke aansluiting. Haar suggestie dat psychosen uit hechtingsproblemen voortkomen wordt op geen enkele manier wetenschappelijk ondersteund.

Haar betoog mist samenhang en is lastig te volgen. Het lijkt veeleer een compilatie van ideeën, geïnspireerd door persoonlijke ervaringen en aangevuld met inzichten van anderen, met een onduidelijke functie. Zo haalt ze bijvoorbeeld de archetypen van Jung aan, maar daarmee wordt verder niets gedaan. De samenvatting met de kerngedachten op het einde van ieder hoofdstuk kan dit niet goedmaken, want die bevat niet meer dan losse stukken tekst.

Verder ergerde ik me regelmatig aan de vaagheid en onnauwkeurigheid waarmee met begrippen wordt omgegaan. Voorbeeld op bladzijde 109: ‘Hechting en loyaliteit zijn twee verschillende begrippen maar ze hebben elkaar nodig’. De tekst wordt verder doorlopend ontsierd door slordig taalgebruik, zoals ‘Het beeld gaat voorafgaand aan de gedachte.’ (p. 44). Zinnen zonder werkwoord zijn schering en inslag. Een paar voorbeelden: ‘Niet zozeer angst omdat je bang bent om hem/haar te verliezen, maar meer de angst alleen te zijn. Een angst die het gevoel van ‘houden van’ bedekt of vertekent.’ (p. 106); over de Oerleegte: ‘Op het moment dat we ons niet bewust zijn van ons lichaam. Een rust die je niet als leegte ervaart maar als Zijn in de leegte.’ (p. 65)

Ondanks de rommelige uitwerking heeft Bestaansleegte zeker verdiensten. Het vestigt terecht de aandacht op de existentiële nood van mensen met psychische problemen, waaraan al te vaak wordt voorbijgegaan. Monique de Heij leeft oprecht met hen mee en probeert om hun verwarring en ontreddering onder woorden te brengen. Zo poogt ze het onzegbare zegbaar te maken. Zodoende hoopt ze de hulpverlener de hand te reiken om mensen die verstrikt zijn geraakt in de leegte van het bestaan beter te begrijpen. En mensen die psychisch lijden kunnen in dit boek herkenning en erkenning vinden.

© Minervaria

Meer informatie over dit boek

Written by minervaria

31 oktober 2013 at 20:09

Wetenschap of kwakzalverij?

leave a comment »

GoldacreB11GOLDACRE, B., Wetenschap of kwakzalverij? Waarom oppeppende pillen rood, oranje of geel zijn en andere onthullingen. (Vert. Bad Science, 2009) Breda, De Geus, 2011, 446 pp. – ISBN 978 90 445 1730 9

Laat de titel van dit boek u niet op het verkeerde spoor zetten. Het is geen encyclopedie van absurde beweringen en overtuigingen. De oorspronkelijke titel, Bad Science, zegt beter waarover het gaat. Door slechte wetenschap kritisch door te lichten maakt Ben Goldacre duidelijk wat betrouwbare wetenschap is. En welk gebied is daarvoor meer geschikt dan de gezondheidszorg?

Daar wordt in de afgelopen jaren immers steeds meer onzin verkocht. Om de haverklap steken nieuwe theorieën de kop op die de meest absurde behandelwijzen aanprijzen. Ze ogen misschien spannender dan wat de gewone geneeskunde vertelt. Maar als je hun ‘wetenschappelijke’ aanspraken nauwkeurig analyseert, blijken ze gewoon flauwekul.

Dat wordt meteen duidelijk als Goldacre enkele van deze ‘nieuwe en baanbrekende’ gezondheidsideeën op de proef stelt. De populaire ontgiftings- en ontzuringskuren blijken de toets van het wetenschappelijk onderzoek niet te doorstaan. Zo leert u hoe een wetenschappelijk experiment in elkaar zit en hoe men controleert of een theorie klopt.

Een goede theorie is één ding, weten of een behandeling echt werkt een ander. Een rammelende theorie kan immers een geneeswijze opleveren die toch werkzaam lijkt. Een kritische analyse van de homeopathie onthult u de finesses van het wetenschappelijk onderzoek in de moderne, reguliere geneeskunde. Het wordt u duidelijk hoe tests verkeerd kunnen uitpakken en ten onrechte positieve resultaten kunnen geven. U maakt kennis met het placebo-effect en verneemt waarom mensen de neiging hebben de effecten van pillen te overschatten.

Maar kwakzalverij zoals homeopathie en ontgiftende voetbaden is eigenlijk vrij onschuldig. De echte volksverlakkers berokkenen veel meer schade aan de volksgezondheid. Ze misleiden de mensen willens en wetens met onbetrouwbare wetenschap en pakken het echt groots aan.

Met hun tegenstrijdige theorieën hebben zelfverklaarde voedingsdeskundigen een ware voedingshysterie ontketend. Deze nutritionisten slagen erin zich als wetenschappers voor te doen. Maar in feite belazeren ze de mensen met hun fabels over antioxidanten en de weldadige invloed van dure voedingssupplementen. Ze gaan bovendien achteloos voorbij aan de werkelijke oorzaken van een zwakke gezondheid, namelijk armoede en sociale achterstand.

Even schandalig is de wijze waarop de kwaadaardige farmaceutische industrie een loopje neemt met correcte wetenschap. Gegevens uit medicijntesten worden schaamteloos gemanipuleerd om positieve resultaten te kunnen presenteren en negatieve resultaten onder de mat te vegen. Zo heeft de farmaceutische industrie de onrustwekkende medicalisering van het dagelijkse leven in de hand gewerkt.

Ook de media hebben boter op het hoofd. Op de televisie komen kwakzalvers en zonderlingen de meest bizarre theorieën en onderzoeken verkondigen. Veel journalisten hebben er geen benul van hoe de resultaten van een wetenschappelijk onderzoek geïnterpreteerd moeten worden. Toch produceren ze met veel aplomb gezaghebbende artikels die voor wetenschap moeten doorgaan.

Een goed begrip van statistiek en de wetenschappelijke methode zijn trouwens van groot belang voor een juist begrip van de werkelijkheid. Zonder de betrouwbare kennis van de wetenschap zijn we overgeleverd aan misleidende cognitieve illusies. Intuïtief redeneren heeft in de geschiedenis al teveel onschuldige slachtoffers gemaakt, onder andere in de rechtspraak.

Ongemeen spitsvondig en met onvervalst Brits gevoel voor humor ontmaskert Ben Goldacre de kwakzalvers, de voedingssupplementenindustrie, de farmaceutische industrie en de moderne wetenschappelijke journalistiek. En hij toont met verve aan hoe de antwoorden van de wetenschap misschien niet eenvoudiger zijn en zeker niet hipper, maar wel veel meer steek houden.

Maar laat u niet misleiden door zijn lichtvoetig betoog. Zijn kruistocht is gegroeid uit oprechte verontwaardiging over de manier waarop de gewone mens belazerd wordt door gewiekste en gewetenloze zakenlui. Als u dit boek uit hebt doorziet u de trucs van de onzin, hebt u een goed inzicht verworven in hoe échte wetenschap werkt en bent u immuun tegen nieuwe varianten van flauwekul. En dat heeft u weinig moeite gekost want het laat zich lezen als een causerie.

© Minervaria

Written by minervaria

16 oktober 2013 at 18:32

Slaap lekker

leave a comment »

RandallDK13RANDALL, D.K., Slaap lekker. Het geheim van slapen, slaapwandelen en uitgerust wakker worden. (Dreamland: Adventures in the Strange Science of Sleep, 2012) A’dam, Maven Publishing BV., 2013, 255 pp. – ISBN 978 94 9057 488 8

Op een nacht vond een man zichzelf op de vloer van de gang. Hij was al slaapwandelend tegen de muur geknald en had zich lelijk verwond. De neuroloog van het slaaplaboratorium kon hem niet wijzer maken. Toevallig was de man verslaggever voor een krant. En wat doet zo iemand als hij zich wandelen gestuurd voelt? Juist, hij gaat het zelf uitzoeken.

David Randall heeft zich dus verdiept in het mysterieuze fenomeen slaap. Voor zijn research heeft hij een waaier aan specialisten geraadpleegd, van droomonderzoekers over sportcoaches, antropologen, grondwetspecialisten tot relatiebemiddelaars. Hij bezocht militaire bases, hoofdkantoren van bedrijven en onderzoekslaboratoria. En schreef een spannend en hoogst leerzaam boek over het meest mysterieuze deel van ons leven: de slaap.

We brengen niet minder dan een derde van ons leven slapend door en toch hebben we slechts een vaag idee wat die tijd voor ons lichaam en onze hersens betekent. Het wetenschappelijk onderzoek staat nog in de kinderschoenen. In ieder geval is duidelijk dat dieren een natuurlijke behoefte aan slapen hebben. Alhoewel ieder moment van verslapte waakzaamheid levensgevaarlijk kan zijn, brengen ze nagenoeg alle een deel van hun leven slapend door.

Slapen moet dus een functie hebben. Dat is goed te merken bij mensen die gebukt gaan onder chronisch slaapgebrek. Ze lopen er sufferig bij, vallen overdag in duigen op de meest ongelegen momenten en nemen ondoordachte beslissingen met soms rampzalige gevolgen. Cafeïne, amfetamines en andere opwekkende middelen kunnen hen tijdelijk wakker houden maar blijken de gunstige effecten van slaap niet te kunnen vervangen.

Slapen is immers veel meer dan een pauzemoment tussen de actieve uren van twee dagen. Terwijl we slapen gebeurt er enorm veel in ons lichaam en meer bepaald in de hersenen. Sommige delen worden op non-actief gezet, maar andere gaan juist in versnelling. Slaap bevordert het herstel van de prefrontale cortex, het hersengedeelte waarmee wij bewuste beslissingen nemen. In alle fasen van de slaap scherpen we bovendien verschillende vaardigheden aan.

Ook al herinneren wij er ons vaak niets van, iedere nacht vertellen wij onszelf verhalen in de droom. Daarin verwerken we de informatie die we overdag opdeden. We ruimen de ballast op, slaan relevante gegevens op in ons geheugen en verbinden ze met andere. In de droom vinden we creatieve oplossingen voor de complexe vraagstukken van ons wakende leven. Sommige bedrijven sporen hun medewerkers daarom aan om op het werk een dutje te doen.

Ondanks de talloze heilzame effecten wordt de slaap in onze moderne wereld stiefmoederlijk behandeld. De ontdekking van het kunstlicht heeft het verschil tussen dag en nacht weggevaagd en het natuurlijke slaappatroon en levensritme van onze voorouders in de war gestuurd. Kunstlicht verstoort het circadiaanse ritme, de biologische klok die tikt op de hoeveelheid licht die in de ogen valt. Daarom kan je de slaap soms moeilijk vatten als je nog laat tv hebt gekeken of aan je laptop gewerkt. En bij tieners verschuift dat ritme, wat verklaart waarom ze plots nachtuilen worden, ’s ochtends niet wakker te krijgen zijn en humeurig worden door slaapgebrek.

Valt er aan de hoeveelheid en kwaliteit van het kunstlicht nog te sleutelen, andere slaapproblemen laten zich veel lastiger verhelpen. Sommige mensen veranderen in hun slaap in volleerde boksers of voeren hele toneelstukken op. Anderen stappen uit bed en gaan aan de zwier. Het komt gelukkig zelden voor, maar af en toe pleegt iemand zelfs een gruwelijke misdaad terwijl hij of zij slaapt. Slaapwandelen en motorische onrust stellen de medici nog altijd voor een raadsel, al weet men reeds iets beter wat er in de hersenen gebeurt.

Slaapwandelaars hebben in de meeste gevallen geen last van hun nachtelijke uitstapjes. Maar mensen met slaapapneu, die stoppen met ademen terwijl ze slapen, kunnen er niet om lachen, evenmin als hun partners die door het gesnurk uit de slaap gehouden worden. Gelukkig vond een Australische arts hoe hij met een stofzuiger de ademhaling op gang kon houden en het gesnurk binnen de perken. Tegenwoordig slapen honderdduizenden mensen met een slaapmaskertje.

Ondanks de suggestieve ondertitel van de Nederlandse vertaling is dit geen adviezenboek dat uitlegt hoe je een perfecte nachtrust kunt bekomen. Maar na lezing weet je wel wat er gebeurt terwijl je slaapt en wanneer je je slaapbehoefte te lang negeert. Je leert bijvoorbeeld waarom het niet verontrustend is als je midden in de nacht wakker wordt. Je leest over de voor- en nadelen van samen slapen, met je partner of met de baby. Je bent heel wat weetjes rijker over geschiedenis, bedden en behuizing, schooluren en … honkbal. Tenslotte steek je een en ander op over de voorwaarden voor een verkwikkende nachtrust.

En dank zij de zwierige tekst en de goed behapbare lengte van de hoofdstukken heeft dit alles je geen enkele moeite gekost.

© Minervaria

Deze recensie is geschreven voor Noorderlicht.

Written by minervaria

16 mei 2013 at 13:01

Geplaatst in Gezondheid en welzijn

Tagged with